0- MATERIAAL
leer (soort leer: karbau, koe, hert, buffel, ander,onbekend)
hout (soort hout)
textiel (batik, fluweel, etc.)
haar (mensen, dieren zo mogelijk welk dier, onbekend)
metaal (sieraad; ketting, etc.)
glas (kraal; glazen oog, etc.)
vezel (touw voor scharnierende delen gebruikt)
vissenbot (‘’enkel’’ voor scharnierende delen gebruikt)
plastic (“enkel” voor scharnierende delen gebruikt)
I- UITERLIJK – MENSFIGUREN
JAVAANS
Cirebon
Bandung
Midden Java
Yogya
Solo
Oost Java
Madura
BALINEES
Noord Bali: West Buleleng ( Banjar bijv.), Midden Buleleng (Nagasepa, Sukasada, Singaraja), Oost Buleleng (Tejakula, Bungkulan bijvoorbeeld)
Zuid Bali: Badung, Tabanan, Karangasem, Gianyar, Bangli
Lombok
West Lombok
Oost Lombok/Sasak
STATUS
tempel
Paleis
Kinderspeelgoed paleis
Dalang
toerisme
HOOFD
gelaatstrekken
HOOFDTOOI
Kroon, laag
Kroon, hoog
Diadeem
Garuda mungkur
Topong
ketu
HAAR
Gelung, polos
Gelung leleh/léléh
Gelung keling
Gelung minangkara
Gelung sanggan
Gelung gembel
Gelung, sepit urang
Krul naar binnen, 1
Krul naar buiten, 1
Krul naar binnen en b uiten
Lang haar
kaal
GEZICHTSBEHARING
Snor
Bakkebaard
baard
OGEN
Amandelvormig
Rond,klein
Rond, groot
Scheef
OREN
Groot
Klein
Oorsieraad in oorlel
Oorsieraad boven op
Oorsieraad achter oor, sumping
NEUS
Spits, klein
Groot
Omhoog stekend
Omlaag steken
MOND
Dicht
Half open
Wijd open
Dikke lippen
Dunne lippen
Hazenlip
Deformatie, andere
TANDEN
Geen tanden zichtbaar
Kleine tandjes
Slagtanden
‘’fietsenrek’’
HALS
Lang, schuin naar voren
Kort,recht
ROMP
Lengte van romp:lang, kort, dik, dun, krom, dike buik
bloot
Kleding
Sjaal
Kastekoord
Badong
Ketting
Buikband
Sjerp
Rugvleugel, prabha
kris
ARMEN
Bovenarmen
Onderarmen
Handen
Vingers
nagels
BENEN
Wijdbeens
Dicht bij elkaar
Broek, lang
Broek kort
Kain, kort
Kain, lang
Sjerp tussen benen geknoopt
Sjerp afhangend
Buikband
Afhangende ketting
Voeten
Schoenen
II- TYPEN MENSFIGUREN
God
Godin
Geestelijke
Koning
Koningin
Prins
Prinses
Patih
Krijger, gewoon
Dienaarfiguren
Dorpsfiguren
Mens van nu, bijvoorbeeld de dalang
Heks
demon
Spook/duivel
Hellefiguur
ziel
III- BOMEN, PLANTEN, BLOEMEN
GUNUNGAN/KEKAYONAN
Boom, decoratief
Helleboom/Kepuh
Struik
Bloem
IV- VERVOERSMIDDELEN
KAR
KOETS
V-POTTEN, KOOKPOTTEN
KAWAH, helleketel
VI- HUISRAAD
Huis
Tafel
Stoel
Krukje
Bed
VII- BERGEN/ROTSEN
Berg
Rots
VIII-NATUURVERSCHIJNSELEN
Vuur
IX – WAPENS
Pijl
Boog
werprad
Kanon
Geweer
Pistool
Lans
Mes
Klewang
Etc.
X- DIEREN
Paard- wild
Paard- gedomesticeerd met dekje, zadel, stijgbeugels; halster; bit;
Trekpaard voor kar, rijtuig
Olifant – wild
Olifant – gedomesticeerd met dekje, zadel, sieraden, etc.
Varken- wild
Varken – gedomesticeerd
Tijger
Leeuw
rund
geit
hond
XII- VOGELS
Garuda familie
Garuda
Sempati
Jatayu
Andere vogels
XIII- SPECIALE OBJECTEN
Sigaret
sigaar
Wondersteen
ring
XIV-SIERADEN
Eventueel iets over sieraden, maar die zitten altijd aan iemand of iets vast; je kunt ze dan beter behandelen aan persoon of dier, als je het over de poppen hebt.